Spectaculaire opmars van de cetti’s zanger

Driekwart van de Nederlandse populatie zit in Nationaal Park De Biesbosch

De cetti’s zanger neemt nog steeds snel in aantal toe in de Biesbosch. Van deze kleine zangvogel werden er 745 territoria gevonden in 2015. Vrijwilligers en boswachters doorzochten in het voorjaar het hele gebied. De Biesbosch is veruit het belangrijkste leefgebied van de schaarse cetti’s zanger in Nederland. Naar schatting driekwart van de broedpopulatie bevindt zich in het Nationaal Park. De zang van de vogel is ook veelvuldig te horen in de bioscoopfilm Holland, natuur in de delta.
Dit voorjaar noteerden vrijwilligers van de vogelwerkgroep Biesbosch en boswachters van Staatbosbeheer nauwkeurig alle zingende cetti’s zangers in het gebied. Dat werd voor het laatst gedaan in 2010. ‘In vijf jaar tijd is het aantal territoria toegenomen van 314 naar 745. Een spectaculaire groei, uniek voor een zangvogel in ons land’, aldus de boswachters. Het Natura-2000 gebied herbergt naar schatting driekwart van de Nederlandse populatie.

Ideaal gebied
Deze enorme toename is te danken aan de ideale omstandigheden in de Biesbosch. Cetti’s zangers blijken te houden van dicht wilgenstruweel langs water. Liefst met wat modderige oevers eronder. In sommige delen van de Biesbosch lijken er geen extra vogels meer bij te komen. Daar zijn alle plekken bezet. Maar vooral in de Brabantse Biesbosch zijn in de afgelopen jaren nog veel nieuwe stukken bezet geraakt.’ De cetti’s zanger blijkt tegenwoordig goed tegen wat koudere winters te kunnen. Een mogelijke verklaring daarvoor is de beschikbaarheid van voedsel in de bodem langs de oever. Dankzij de getijdewerking blijven veel oevers ook bij vorst ijsvrij en juist dat zijn pekken waar de soort graag rondscharrelt, op zoek naar mollusken.

Nauwlettend gevolgd
De cetti’s zanger is een kleine, bruine zangvogel. Qua uiterlijk heeft die wat weg van een ‘reuze’ winterkoning. In de jaren 70 is de soort vanuit Zuid-Europa naar de Biesbosch getrokken. In 1978 werden tussen de 20-25 zingende vogels in de Biesbosch geteld. Daarna zorgde een serie koude winters ervoor dat de soort volledig verdween. In 2006 keerde hij terug in het gebied. Sindsdien volgt de vogelwerkgroep samen met Staatsbosbeheer nauwlettend hoe de aantallen zich ontwikkelen. De tellingen worden ook doorgegeven aan Sovon, de organisatie die op landelijke schaal gegevens over vogels analyseert.

foto: Thomas van der Es